Ontwerpvisie
Om het tuinontwerp te laten aansluiten bij de moderne smaak van de bewoners is er gekozen voor een speelse maar toch strakke ruimtelijke invulling van de tuin. De schuine perceelgrens is hierin leidend geweest. Door een verdraaid vierkant als halfverharding om het huis heen te leggen, ontstaan er bij de hoekpunten ruimtes die zitplek kunnen herbergen. Naast de zitplekken rondom het huis, is er ook een zitplek onder de beuk opgenomen, waar zoonlief ongestoord kan chillen.

Verrassende hoekjes zijn ontstaan door drie beeldhouwwerken uit de collectie van de bewoners op onverwachte plekken in de tuin te plaatsen. Zo is een hangend beeldhouwwerk in de iep geplaatst, een drijvend beeldhouwwerk in de (redelijk begroeide) vijver en staat er een benen-fragment in een blinde hoek, die je pas in het oog schiet op het moment dat je de tuin in loopt.

Beplantingsvisie
Het doel van de beplanting is een ecologisch aantrekkelijke tuin maken die in alle seizoenen ruimte en voeding biedt aan fauna, met name de specifieke doelsoorten die uit de omgevingsanalyse naar voren kwamen. Dit is gedaan door te beplanten met een enorme rijkdom aan soorten (±85 verschillende planten). Voor de stormmeeuw en de kneu is de meidoorn, distel en kaardebol aangeplant. De keizersmantel en de kleine parelmoervlinder vinden waard- en drachtplanten zoals viooltjes, koninginnekruid, en distel in de tuin en treffen in de bloemrijke ruigte hun ideale habitat. De iep is aangeplant voor zijn goede klimaatbestendigheid, maar ook in de hoop de Grote Vos aan te treffen op zijn waardboom. Zie ook het beplantingsplan en de beplantingslijst.

Bewoners kunnen gedurende de seizoenen optimaal genieten van flora en fauna. In de winter van plant- en boomsilhouetten, groenblijvende hagen en enkele winterbloeiers. In het vroege voorjaar van de ontluikende bollen, in het voorjaar, de zomer en het najaar volop bloemenpracht die elkaar in rap tempo opvolgt. De fauna laat zich gedurende de seizoenen op verschillende manieren zien.

Ecologische visie
Niet alleen de beplanting, maar ook de variatie aan nestgelegenheid zorgt voor aantrekking van fauna. Naast de groenblijvende hagen en de waardplanten en -bomen is er ook aan de gevel en in de periferie van de tuin nest- en broedgelegenheid gecreëerd voor vogels, vleermuizen, bijen, vlinders en insecten.

De verlichting langs de paden is op Solar en bewegingssensor en schijnt naar beneden. Hierdoor worden dieren niet onnodig gestoord in hun slaap. De sfeerverlichting is oplaadbaar en wordt enkel gebruikt wanneer het nodig is. Willen de bewoners toch een wandelingetje maken door de tuin in de schemering, dan nemen zij eenvoudig de draagbare lantaarn mee.

Er is een composthoop ingetekend zodat bewoners zelf kunnen composteren middels een hoop en/of wormenhotel.

Er is gekozen voor zo min mogelijk materialen die niet organisch zijn. Enkel het meubilair en de belijning van de verschillende plantvakken is van metaal, dit vanwege de duurzaamheid van het materiaal.